Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Toen spraken [12]de Chaldeen, tot den koning [13]in het Syrisch: [14]O koning, leef in [15]eeuwigheid! Zeg [16]uw knechten den droom, [17]zo zullen wij de uitlegging te kennen geven. 12. Onder dezen naam moet men hier verstaan al die soorten van tovenaars, waar vs.2 van gesproken is. 13. Hebreeuws, in het Aramisch. Want Aram is Syrie; zie de aantekening 2 Sam.8:5. De Syrische taal was ook de taal der Chaldeen en der Babyloniers en zij was in die tijden zeer algemeen in al de Oosterse landen. 14. Van vs.4 tot het einde van hfdst.7: is de tekst Chaldeeuws of Babylonisch. 15. Dat is, lang en gelukkig. Vergelijk 1 Kon.1:31, met de aantekening. Hebreeuws, in eeuwigheden. 16. Dat is ons, die uwe knechten zijn. 17. Deze belofte is al te stout, te beloven de uitlegging van een droom eer zij hem gehoord hadden.